Wijnbouw wordt gediscrimineerd
Wijnbouw wordt gediscrimineerd. Dikke accijnzen en de hoogste btw op de producten van een niet gesubsidieerde landbouwsector, terwijl de grondwater met nitraten verontreinigende vleesboeren volop subsidie ontvangen. Bij rundvee is de subsidie quasi gelijk aan het inkomen. Dankzij deze subsidie kunnen zij absurde pachten betalen, omdat het goedkoper is om de mest in de grond te spuiten dan om hem te laten verwerken, waardoor landbouwgrond door beleggers wordt aangekocht aan prijzen die niet-gesubsidieerde landbouwers, waaronder wijnboeren, niet kunnen betalen.
BODEM: VERONTREINIGD DOOR TE VEEL MEST
Samen met Nederland hebben we de slechtste bodemkwaliteit in Europa. In onze bodem zit 80 a 150 kg stikstof per hectare, wat er voor zorgt dat natuur zoals duin- en heidevegetatie verdwijnt. Ter vergelijking: de Scandinavische landen als Zweden en Finland zitten onder de 10 kg stikstof per hectare. Ook zitten we met het grootste overschot van fosfaat in onze bodem. Vlaanderen heeft daar een aanzienlijk aandeel in met gemiddeld 17,3 kg fosfaat per hectare. Oorzaak is vooral de grote hoeveelheden mest die we hebben door onze grote veestapel en ook de aanzienlijke hoeveelheid kunstmest die we gebruiken. Er is dank zij mestactieplannen wel een verbetering tegenover enkele jaren geleden, maar we moeten nog veel veranderen. Inmiddels zijn er veel gronden al zo vervuild dat het minstens honderd jaar duurt vooraleer er merkbare verbetering is.
Samen met Nederland hebben we de slechtste bodemkwaliteit in Europa. In onze bodem zit 80 a 150 kg stikstof per hectare, wat er voor zorgt dat natuur zoals duin- en heidevegetatie verdwijnt. Ter vergelijking: de Scandinavische landen als Zweden en Finland zitten onder de 10 kg stikstof per hectare. Ook zitten we met het grootste overschot van fosfaat in onze bodem. Vlaanderen heeft daar een aanzienlijk aandeel in met gemiddeld 17,3 kg fosfaat per hectare. Oorzaak is vooral de grote hoeveelheden mest die we hebben door onze grote veestapel en ook de aanzienlijke hoeveelheid kunstmest die we gebruiken. Er is dank zij mestactieplannen wel een verbetering tegenover enkele jaren geleden, maar we moeten nog veel veranderen. Inmiddels zijn er veel gronden al zo vervuild dat het minstens honderd jaar duurt vooraleer er merkbare verbetering is.
Daarom is onze landbouwgrond zo duurEen minpunt van inkomenssteun vindt Jeroen Jongeneel van Wageningen Economic Research "dat het niet-winstgevende bedrijven in de benen houdt zodat zij een belangrijke productiefactor als grond blijven bezetten."
WATER: MEER DAN 70% VERVUILD
Meer dan 70% van onze watergebieden is vervuild en haalt de Europese normen niet. Ook in Vlaanderen is dat zo. We hebben daarmee de derde slechtste waterkwaliteit van Europa. Enkel Nederland en het Verenigd Koninkrijk doen nog slechter. Dit komt vooral door de grote aanwezigheid van stikstof en fosfaat in het oppervlaktewater, wat voortvloeit uit de vervuiling van de bodem. Hierdoor neemt de biodiversiteit af en zijn er nog nauwelijks wateren die niet overwoekerd raken door algen of eendenkroos. Milieubelasting veeteelt
Daarnaast wordt het steeds meer algemeen bekend dat het eten van vlees ook vele negatieve milieugevolgen kent. Hieronder wordt, naast de morele casus van het eten van dieren, een aantal van deze gevolgen voor mens en milieu beschreven. Broeikasgassen De bio-industrie is verantwoordelijk voor een groot deel van de uitstoot van broeikasgassen welke bijdragen aan het versterkt broeikaseffect. Met name kooldioxide (CO2) en methaan (CH4) worden uitgestoten door de opslag van mest. Wanneer er gebruik gemaakt wordt van kunstmest, komt ook het broeikasgas lachgas (N2O) vrij. Methaan en lachgas dragen beiden sterker bij aan klimaatverandering dan kooldioxide. Veeteelt is in de EU verantwoordelijk voor maar liefst 10% van de totale CO2- uitstoot. Mest In de veehouderij is er sprake van een groot mestoverschot. Er wordt meer mest geproduceerd dan gebruikt kan worden als meststof op het land. Overbemesting zorgt voor verzuring en vermesting van de bodem en het grond- en oppervlaktewater. Fosfaat is een stof wat in mest zit. Wanneer er te veel fosfaat in het oppervlaktewater komt zorgt dit voor overbegroeiing van algen en waterplanten. Daarnaast onttrekt het zuurstof uit het water wat kan leiden tot vissterfte. De stof welke verantwoordelijk is voor de verzuring is ammoniak. Dit zorgt ervoor dat sommige planten verdwijnen, en anderen juist overgroeien. Deze verandering in het ecosysteem kan zorgen voor verlies van biodiversiteit en vervuiling van het grondwater. Soja Een hoofdproduct dat veel wordt gebruikt als veevoer is soja, voornamelijk geproduceerd in Brazilië. Voor de aanleg van de plantages worden grote delen van het Amazonegebied gekapt waarbij veel CO2 vrijkomt. Grote bedrijven hebben de kleine familiebedrijven op grote schaal weggeconcurreerd waardoor er nu veel armoede heerst in het gebied. Op deze plantages wordt vaak overmatig gebruik gemaakt van bestrijdingsmiddelen wat zorgt voor bodemvervuiling. Dit komt uiteindelijk in het grondwater en vervuilt de rivieren welke van essentieel belang zijn voor vele stammen die in het Amazonegebied leven. Door de ontbossing verandert daarnaast het klimaat in de regio, en op lange termijn wellicht zelfs mondiaal, en verdwijnt het leefgebied van vele bedreigde diersoorten. Nederland is na China de grootste importeur van soja ter wereld. De soja moet een zeer grote afstand afleggen voordat het in Nederland gedistribueerd kan worden, waarbij voornamelijk wederom veel CO2 vrijkomt (WNF, 2014). Antibiotica Dieren in de intensieve veehouderij krijgen vaak, ter voorkoming van ziektes, antibiotica toegediend. Het gevaar van preventief toedienen is dat bacteriën eerder resistent kunnen worden, waardoor de behandeling bij mensen moeilijker kan worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de salmonellabacterie. Door de bovengenoemde bemesting komt er antibiotica in het grond- en oppervlaktewater. Zo komen resistente bacteriën in het milieu wat een bedreiging kan vormen voor de volksgezondheid. Voornamelijk in gebieden met intensieve veeteelt zijn hoge aantallen resistente bacteriën aangetroffen in het water en in de bodem (Compendium voor de leefomgeving, 2012). In de biologische veehouderij is het preventief toedienen van antibiotica verboden. |
Europese inkomenssteun is wat een vleesvee-houder netto verdient
Rundveebedrijven zijn in Vlaanderen de voornaamste begunstigden van Europese inkomenssteun. Dat maakt van hen ook de belangrijkste verliezers door de hervorming. Voor een gemiddeld melkveebedrijf vermindert de directe steun van circa 20.000 naar 16.000 euro. Een vleesvee-houder ziet zijn subsidies ‘afkalven’ van 11.500 naar 10.000 euro. Gemengde rundveebedrijven worden geconfronteerd met een premieverlies van 3.000 euro richting 2019, waar ze nu 23.000 euro ontvangen. Gemiddeld bestaat 24 procent van het bedrijfsinkomen uit Europese subsidies maar achter dat gemiddelde gaan grote verschillen schuil. Voor de periode 2007-2013 berekende het diensthoofd Studie van de Vlaamse landbouwadministratie de subsidieafhankelijkheid van elke deelsector. De verschillen zijn groot want je hebt sectoren die quasi niets ontvangen (sierteelt, fruitteelt en glastuinbouw), je hebt begunstigde sectoren die op eigen benen kunnen staan zoals de groenteteelt in open lucht en de intensieve varkens- en pluimveehouderij maar je hebt er ook die aan het Europese infuus liggen.
Voor wat hoort wat en voedselproductie volstaat niet Gemiddeld maakt de directe inkomenssteun 47 procent uit van het inkomen van een landbouwer in Europa. “Dat varieert van zeven procent op een tuinbouwbedrijf tot 100 procent op extensieve vleesvee- en schapenbedrijven”. In de Europese Unie gaat 80 procent van de landbouwsubsidies naar 20 procent van de boerenbedrijven. Het merendeel komt zo terecht bij boeren die een bovengemiddeld inkomen genieten. (Bron: VILT) |